Zijn vader voetbalde bij de voetbalclub Rimburg, maar voor zijn drie zonen was voetballen taboe. Dus zat er voor hem weinig anders op dan met moeders mee te gaan naar de gymnastiekvereniging Sint Jan. Daar vond hij vlug zijn weg en schopte het tot een verdienstelijk turner in de Limburgse gymnastiek. Hij volgde een vier jaar durende opleiding tot trainer. Toen de jongensgroepen langzaam opdroogden, maakte hij de eerste stappen op het bestuurlijk vlak. In 1994 nam hij van zijn moeder de voorzittershamer over. Na dertig jaar vindt hij het ‘welletjes’ geweest. Het wordt tijd, dat jongere bestuurders aan het roer komen om de blauwwitte gymnastiekvereniging van ons dorp de koers te laten bepalen. Het is tijd voor andere prioriteiten, zoals kinderen, kleinkinderen en samen met zijn echtgenote in de camper rondtrekken door de wijde wereld, in de richting van het mooie weer.
Natuurlijk is het nu al voor veel lezers duidelijk. Deze week ga ik in gesprek met Fer Rijlaarsdam, de scheidende voorzitter van gymnastiekvereniging SV Eygelshoven.
“We waren met drie jongens thuis. Toen ik een jaar of acht was wilde ik graag een balletje trappen bij de Eygelshovense voetbaltrots Laura. Maar mijn vader zag dat helemaal niet zitten, hoewel hij zelf toch een paar jaar gevoetbald had. Ik vond het jammer, maar mijn moeder nam me mee naar de gymnastiekvereniging Sint Jan. Daar vond ik snel mijn weg en ik schopte het toch tot een verdienstelijk turner op Limburgs niveau. We waren in die tijd met groepen van een dikke twintig jongens, die aardig konden turnen.
Toen ik zo rond een jaar of zeventien, achttien was, wilde ik graag trainer worden. Maar Wim, dan moet ik je eerst even iets uitleggen. Bij het turnen en gymnastiek ben je als leider of trainer verplicht om een opleiding te volgen. Heb je dat diploma niet dan ben je niet verzekerd. Dat is toch wel even iets anders als in jouw voetbalwereld. Ik gaf mij voor deze cursus op samen met Bert Hendrikx en dat betekende dat je vier jaar lang, iedere vrijdag, op je brommertje naar de gymnastiekzaal in Meezenbroek moest, weer of geen weer. Met mijn diploma op zak trainde ik heel wat jongensgroepen.
Het ging een aantal jaren goed, maar toen kwam er snel de klad in. De jongensgroepen smolten weg als sneeuw voor de zon. Ik ben er van overtuigd dat dit kwam door hoe er in die tijd en nu nog, gedacht werd over jongens die aan gymnastiek deden. Over het algemeen gold toch de ‘regel’, dat gymnastiek voor de meisjes was.
In die tijd lag de fusie alweer een aantal jaartjes achter ons. Ons dorp was tot 1969 twee gymnastiekverenigingen rijk, namelijk Apollo en Sint Jan. Onder leiding van pastoor Terlingen fuseerden de twee clubs en bundelden zo gezamenlijk hun krachten. Een meisjesteam behaalde zelfs de nationale titel. Volgens mij was dat ergens in Zeeland maar waar dat precies was dat schiet me nu niet één, twee, drie te binnen. Toen gingen we nog meerdere keren per jaar, met een bus vol leden, naar een wedstrijd of kampioenschap ergens in het land. Maar ook binnen onze vereniging werd en wordt er jaarlijks ook een clubkampioenschap gehouden, waar iedereen aan mee kan doen.
Vlak na de fusie werd mijn moeder Mitzie voorzitter. Twintig jaar lang was zij vicevoorzitter van de vereniging en daarna nog een keer vijf jaar voorzitter. Ze ging zelf op zoek naar een opvolger en die vond ze in mij. Ik vond het wel een mooi moment toen ze mij vroeg of ik de voorzittershamer niet wilde overnemen.
Toch wil ik wel nog even aangeven, dat SV Eygelshoven meer is dan alleen turnen. In de loop der jaren heeft er toch heel wat jeugd, heel wat plezier beleefd aan het sporten bij ons. We hebben in de loop der jaren diverse groepen gehad. De jeugd kon en kan vanaf vier jaar bij ons terecht.
Natuurlijk zijn er ook andere verenigingsactiviteiten. Zo komt in december jaarlijks de Sint op bezoek. Ook heeft de vereniging goed ingespeeld op de fitgroepen, zoals volleybal, zaalvoetbal onder leiding van Jan Houben, jazzdance, aerobics, callanetics en zumba. Ook bij deze fitnesgroepen was er naast het sporten ook altijd plek voor een barbecue, speurtocht of een gezellige feestavond.
Nu wordt het langzaam tijd om ‘het stokje’ weer over te geven aan jongere bestuurders, die beter leiding kunnen geven aan onze vereniging, in het licht van onze huidige tijdgeest. Je ziet toch, ook in onze omgeving, dat het turnen minder wordt. Jongens zijn er nauwelijks; af en toe komt er eens een ‘verdwaalde’ jongen aanwaaien, maar tussen al die meiden voelt hij zich uiteraard ook niet op zijn gemak.
De’ tijdgeest’ verandert in dat opzicht natuurlijk ook. Kleuters van vier en vijf jaar zijn er nog wel, maar als ze een jaar of twaalf zijn haakt zo’n vijfennegentig procent af. Naast school hebben ze een bijbaantje bij de Jumbo of op de markt. Dus als er hierdoor een groep uit elkaar valt, is het weer opnieuw beginnen in de hoop dat het dan wel lukt.
Ook wat betreft de vrijwilligers is het moeilijk om mensen, voor een bestuursfunctie of trainerschap te krijgen. We hebben het lang volgehouden, maak ook onze vereniging ontkomt er niet aan om voor bekwame krachten een vrijwilligersvergoeding te betalen.
Mijn afscheid en het 55-jarig jubileum van de club, vieren we bescheiden. Samen met het bestuur, hoofdleidsters en leiding komen we bij elkaar voor de vergadering en daarna zakken we nog even af naar de Kegelhal om daar toch nog één of twee te drinken. Maak je niet druk Wim over wat ik met de vrijgekomen tijd ga doen. Samen met mijn echtgenote ga ik met onze camper lekker door Europa trekken en ook mijn kleinkinderen vergen wel wat aandacht. O’ ja en onze zoon Florial heeft een grote tuin, waar ik graag in werk. Dus we gaan het wel redden met tijd.”