Verzamelen of liever gezegd ‘sparen’, is een hobby van alle tijden. Iedereen is ooit wel eens begonnen om een album te vullen, met postzegels, lucifersstickers, sigarenbandjes en voetbalplaatjes. Deze week ging de redacteur van de Anselbode op bezoek bij een verzamelaar pur sang, die over een collectie beschikt van maar liefst 50.000 bidprentjes. Op weg met de fiets naar het interview, probeer ik mij een voorstelling hiervan te maken, maar dat lukt me niet echt. Ik ben benieuwd naar zijn verhaal. Deze week is aan het woord Louis Wolters (56), over zijn niet alledaagse vrijetijdsbesteding.
Louis Wolters: “Op een gegeven moment kwamen er steeds meer vragen in mij op, zoals waar komt mijn familie vandaan, wie maakten er deel van uit, zeg maar wie waren mijn voorouders. Ik besloot om een begin te maken met mijn stamboom. Eigenlijk niet zo vreemd omdat ik een opleiding docent aardrijkskunde en geschiedenis heb gevolgd.
Eerlijk gezegd Wim, wilde ik ook wel eens weten of er Bokkenrijders of ‘blauw bloed’ in de familie voorkwam, maar dat was helaas niet het geval. Voornamelijk kwam ik arbeiders en ‘koelpieten’ tegen. Overigens tussen de voorouders van mijn echtgenote zit wel een bekende Bokkenrijder en dat heb ik met archiefstukken kunnen aantonen. Dat is toch wel bijzonder, niet?
Tijdens de speurtocht naar mijn voorouders kwam ik op een gegeven moment niet meer verder in de Burgerlijke Stand en belandde ik tussen de kerkregisters. Je bent dan afhankelijk hoe secuur de pastoor de doop-trouw en overlijdensregisters heeft bijgehouden. Ik kwam ook heel wat buitenlandse aktes tegen. Ik heb toen om verder te komen een cursus Sütterlingschrift en Spitzenschrift gevolgd en me verdiept in het latijn, om ook de Duitse kerkaktes te kunnen bestuderen.
Omdat mijn stamboomleden niet alleen uit Kerkrade kwamen maar ook uit andere plaatsen ben ik onder andere lid geworden van de heemkundevereniging OCGL uit Landgraaf. Daarnaast kwam ook het Rijksarchief in Maastricht in beeld, waar heel wat informatie over onze voorouders bewaard wordt. Probleem is dat het allemaal moeilijk leesbaar is op microfiches en soms summier is qua info. Je hebt daar eigenlijk voortdurend hulp bij nodig van de archiefmedewerker. Maar ja, die kun je ook niet voortdurend lastigvallen.
Je snapt wel dat zo’n stamboom een opsomming is van namen, plaatsen, meer een opsomming van platte gegevens. Na verloop van tijd kwam bij mij het idee om mijn stamboom ‘aan te kleden’ met verhalen over de tijd waarin ze leefden. Daarvoor had ik natuurlijk andere informatiebronnen nodig en bezocht ik kerkhoven en fotografeerde grafstenen, van overledenen, waarvan ik dacht, dat zij wel eens in mijn stamboom konden passen. De kerkhoven worden echter steeds meer geruimd, maar op het internet, kom je goed uit de voeten op websites, zoals “Wie was wie”, “Graftombe.nl” en “FamilySearch.com”. Die laatste site wordt overigens beheerd door de Mormonenkerk in de staat Utah in de Verenigde Staten.
Om informatie over de tijdgeest, beter gezegd tijdsbeeld, van mijn voorvaderen te krijgen, begon ik met het verzamelen van Limburgensia. Ik wilde een beeld krijgen, wat er in hun tijd zo allemaal gebeurde. Inmiddels telt mijn ‘Limburgse bibliotheek’ meer dan 1200 boeken, feest- en jubileumgidsen over Kerkrade, Eygelshoven, verenigingen, bedrijven, Limburg, maar ook over de bokkenrijders en uiteraard de steenkolenmijnen.
Om informatie over de families in die tijd te krijgen, begon ik met het verzamelen van bidprentjes. Iedereen die je het vertelde, vond het wel leuk. Het duurde dan ook niet lang en ik kreeg van vele familieleden een doos met prentjes maar ook van bekenden en onbekenden dozen vol! Het sprak zich rond dat ik deze bidprentjes voor het nageslacht bewaar en een database aanlegde voor iedereen die ook onderzoek doet in genealogie van Kerkrade en Eygelshoven. Je kunt je het misschien niet voorstellen Wim, maar binnen een paar jaar had ik een ‘dikke’ 500.000 bidprentjes. Het liep dus eigenlijk allemaal een beetje uit de klauwen. Inmiddels heb ik een groot deel weggegeven en geruild met andere verzamelaars of heemkundeverenigingen. Op dit moment heb ik er nog 34.000 over en die zijn allemaal afkomstig uit Kerkrade, Eygelshoven en Landgraaf.
Alle 34.000 bidprentjes zijn netjes ingevoerd in de computer. Opzoeken in welke doos het prentje zit en dan even bladeren tot je het tegenkomt. Ja inderdaad een fluitje van een cent. In een aparte map bewaar ik daarnaast bidprentjes van ‘markante figuren’ uit Kerkrade en Eygelshoven, zoals burgemeesters, geestelijken, huisartsen, caféhouders en mijn leraren van de middelbare school. Ik bewaar die afzonderlijk in zuurvrije mapjes. Dat doe ik ook met bidprentjes van koempels, die om het leven kwamen in de mijnen en militairen die sneuvelden in Indië en WOII.
Er zijn twee verschillende soorten bidprentjes. Tot 1970 waren het hoofdzakelijk de enkelvoudige prentjes daarna kwamen de dubbelklappers in omloop, die tegenwoordig nog veel gebruikt worden. Ik spaar deze ook om zo aan nieuwe gegevens voor mijn stamboom te komen.
Verzamelaars van de devotieprentjes, heiligenprentjes, gaat het vooral om de voorkant van het prentje. Hierop staan goddelijke figuren afgebeeld zoals Jezus of religieuze taferelen. Vaak is er een kleine tekst toegevoegd, bijvoorbeeld op de achterzijde. In Roosendaal heeft iemand een verzameling waarvan ik denk de grootste van Nederland.
Naast mijn verzameling heb ik nog zo’n 20.000 bidprentjes, die ik gebruik om te ruilen. Iedere vrijdagmorgen ga ik naar de Cuypershuis in Roermond. Daar huist de Edmond Delhougne Stichting. Daar ruil ik ook bidprentjes mee. Leuk om nog even aan te geven is, dat ik verzamelaars ken uit verschillende plaatsen en provincies in Nederland waar ik mee ruil. Onder andere Almelo, Den Bosch, Utrecht, Nijmegen. Ik ga twee of drie keer per jaar op bezoek om prentjes te ruilen. Als ik dan naar huis rijd van Roermond, krijg ik een paar kratten prentjes mee, die ik dan mag uitzoeken en waarvan ik de Kerkraadse en Eygelshovense prentjes mag houden. De overige neem ik dan weer de volgende keer mee terug. Ja, je kunt wel zeggen, dat er een levendige ruilhandel is onder genealogen in bidprentjes.
Iedere dag ben ik wel een paar uur met mijn stamboom bezig. Maar ik wil toch even benadrukken, dat mijn stamboom mijn grootste hobby is en de bidprentjes een belangrijk onderdeel daar van zijn om deze met verhalen aan te vullen. Uit de Limburgensia en de bidprentjes haal ik dan mijn informatie om de stamboom met verhalen verder aan te kleden.
Ik denk eigenlijk niet, dat je hier ooit mee kunt ophouden. Er staan inmiddels zoveel namen in mijn stamboom, dat ik nog wel even vooruit kan. Daarom de vraag, als er lezers bidprentjes hebben uit Kerkrade of Eygelshoven, mail ( louis.petra@ziggo.nl ) mij dan even, dan neem ik contact met u op en kom ze graag ophalen. Ze krijgen een goed tehuis waar ik ze zorgvuldig bewaar.