Corona of niet, de Burgerlust timmerde en hamerde er lustig op los de afgelopen twee jaar. Met als resultaat een geheel nieuw verenigingslokaal in de Laethof. Dat is vooral de verdienste van Raad van Elfleden Jos Rautert en Frans Merken, die met hulp van aannemer Maurice Janssen en niet in de laatste plaats de gemeente Kerkrade de komende tijd de laatste hand leggen aan de inrichting van het prachtige nieuwe onderkomen voor de carnavalsvereniging.De Burgerlust zat jarenlang in een oude loods op de Hopel en had van daaruit al eens met een schuin oog naar de leegstaande ruimtes in de Laethof gekeken, maar bleken deze in eerste instantie vergeven te zijn. Totdat die optie bij toeval opnieuw ter sprake kwam en de Burgerlust de koe meteen bij de horens vatte.

Met steun van de gemeente werd het zwaar onderkomen Laethofgedeelte, waar voordien de boeken- en platenbeurs was gehuisvest, onder leiding van Jos en Frans deels gesloopt en weer helemaal opgeknapt.Jos: “Jaren geleden hebben we al eens gekeken of we in de Laethof terechtkonden. Wil Terpstra was toen nog wethouder. Maar dat ging hem toen niet worden omdat er plannen waren om de Laethof te verbouwen tot appartementen. We hadden toen die loods op de Hopel en daar lag een speeltuingebouwtje naast. Dat zou wel mooi bij ons erbij passen dachten we. Maar de gemeente wilde dat gebouwtje afbreken en wilde daar ook geen paracommercie hebben. Toen opperde wethouder Jo Bok het idee om ons in de Laethof te huisvesten. Dat wilden wij wel. Hier zat toen de heemkundevereniging met de boeken- en platenbeurs maar die is naar de andere kant van de Laethof verhuisd.”Schots en scheef
Er waren echter geen voorzieningen in dat deel van de Laethof, geen water en geen elektriciteit. “Daar hebben wij toen zelf voor gezorgd,” vertelt Frans. “De gemeente heeft onder meer de riolering aangelegd en nieuwe kozijnen geplaatst. We zijn toen begin 2020 begonnen met slopen. De muren waren schots en scheef. De plafond moest er eerst uit, de deuren eruit, boven en beneden, en toen moesten we alles weer opbouwen. Een nieuwe betonnen vloer gestort, een nieuwe tegelvloer erin. En daarna kon gestukt worden. Dat heeft Maurice Janssen gedaan.”Het eerste jaar waren de mannen elke donderdag en zaterdag present om het werk uit te voeren. Later alleen elke zaterdag. Elke vergadering ook vroegen ze wie er nog meer wilden komen helpen, maar die animo viel wat tegen. Al was Pierre Jongen op een gegeven moment ook elke zaterdag aanwezig als ‘huisschilder’ en kwamen er wel wat extra handen hulp als dat nodig was, als er bijvoorbeeld zware spullen moeten worden versleept. Maar het meeste werk was toch voor rekening van Jos en Frans.Prachtige entree
Maar na twee jaar nadert nu het einde. Beneden komt de bestuurskamer, waarin zoals het een goede carnavalsvereniging betaamt een mooie bar niet zal ontbreken. Niet bedoeld overigens voor feesten en partijen, of voor verhuur aan derden. Daar beginnen ze niet aan. Dan is het einde zoek. Dus alleen gereserveerd voor activiteiten van de Burgerlust zelf. En als ook de bovenverdieping helemaal gereed is, waarin de Burgerlust als in een ‘museum’ al haar spullen zal onderbrengen die ze door de jaren heen heeft verzameld en gekregen, dan kan de bedekking van de nieuwe trap afgehaald worden. Dan ontstaat een prachtige entree, die wordt gedomineerd door een gigantische foto van het ‘oude kirkske’. Mooi afgewerkt met houten panelen. “En dan hebben we er toch wat moois van kunnen maken,” besluiten de mannen. Opening
Met een open dag willen ze Egelze dan laten zien wat er in de afgelopen twee jaar is gebeurd in de Laethof. Geen grote plannen overigens voor komende carnaval, nu het weer kan. Wel faciliteert de Burgerlust de kroegen en op de markt worden wat kraampjes en de carnavalswagens neergezet, zodat het toch nog gezellig wordt. Misschien met wat artiesten die een optreden willen verzorgen. Egelze alaaf!